Louis Paul Boon (1912−1979) was een van de voornaamste Vlaamse schrijvers van de 20ste eeuw. Hoewel het populaire beeld van Boon is dat hij een teruggetrokken auteur was, vooral werkend in de besloten sfeer van zijn gezin in Aalst en bijgestaan door zijn vrouw Jeanneke, klopt dat niet helemaal. Boon is herhaaldelijk, zeker vanaf de jaren 60, in verschillende gedaanten in de openbaarheid getreden. In samenwerking met Art Cinema OFFoff vertoont Flemish Review de la Poëzie drie werken die een beter inzicht geven in de relatie tussen Boon en de Vlaamse beeldcultuur.
In 1962 vroeg quizleider Paul Van De Velde of Boon het panel van het televisieprogramma ‘t Is maar een woord wilde vervoegen. Boon zegde toe, en door zijn deelname aan de humoristische spelshow groeide zijn bekendheid bij het brede publiek, los van zijn literaire werk en zijn journalistieke werk bij dagblad Vooruit. Het is een vroeg voorbeeld van de mediatisering van de Vlaamse literatuur en hoe het medium televisie een ander publiek kon creëren voor een auteur. In de jaren 60 werd Boon echter niet alleen meer gewaardeerd door een breder populair publiek, hij werd ook ontdekt door de generatie kunstenaars jonger dan hem die in Boon een voorloper en een geestverwant zagen. Met die reden castte de linkse Antwerpse filmmaker Robbe De Hert (1942−2020) Boon in 1969 voor zijn kortfilm De Bom. Een film met een duidelijke anti-nucleaire boodschap, waarin Boon een garagist speelt die een door de Amerikanen verloren geraakte atoombom vindt en het wapen wil gebruiken om de Belgische staat te dwingen hun defensiemiddelen te schrappen. Een intrigerende en energieke kortfilm die toont dat Boon niet alleen een populaire grappenmaker kon zijn maar ook een medestander van de jonge tegencultuur.
Die dubbelzinnigheid komt ook aan bod in de derde film, een aflevering van Ten huize van uit 1971 gewijd aan Boon, die net op het punt stond om zijn roman Pieter Daens te publiceren. Drie presentatoren spreken Boon uitgebreid over zijn leven en werk, waarbij ook uitvoerig in beeld wordt gebracht hoe het huis van de auteur eruitziet. De presentatoren horen Boon uitgebreid uit en we zien hem soms oprecht, soms grappend worstelen met de eisen van het nieuwe format, met een glansrol weggelegd voor zijn kleinzoon David. Een fascinerend portret van de gevestigde Boon, amper acht jaar voor zijn vroegtijdige dood.