Art Cinema OFFoff presenteert een volledig overzicht van het werk van de Duitse filmmaker Karl Kels – de eerste integrale retrospectieve in jaren. De maker is beide avonden aanwezig. Alle films worden op de originele drager vertoond (35mm en 16mm).
De films van Karl Kels worden gekenmerkt door gevoeligheid en terughoudenheid. Voor zijn observerend oog belichaamt elke visuele ontmoeting een oneindige reeks aan mogelijkheden; elke niet-geënsceneerde (documentaire) realiteit fungeert als een drager voor grenzeloze verbeelding en creatieve speculatie. Het is alsof Kels vertrouwt op het medium film – of, meer specifiek, op de radicale mogelijkheden van montage – om de oneindigheid van subversieve betekenissen te realiseren die in de aangetroffen realiteit onbenut blijven. Kels’ films voeren ons in veel opzichten terug naar de oorsprong van de cinema – naar de gebroeders Lumière, die gebeurtenissen registreerden en reproduceerden, en naar Georges Méliès, de tovenaar van fantasieën.
Het was Peter Kubelka, Kels’ leraar, die liet zien hoe montage niet alleen betekenis kan uitdrukken door de botsing tussen shots, maar, wanneer zorgvuldig toegepast, ook tussen individuele frames. Op het niveau van afzonderlijke frames opereert montage – een breuk in het ruimte-tijdcontinuüm – bevrijd van haar ondergeschiktheid aan het narratief. In plaats van zich heimelijk te voltrekken, maakt ze zich zichtbaar. Kels’ gebruik van montage streeft een vergelijkbare radicale ambitie na, namelijk het creëren van autonome betekenissen die zuiver voortkomen uit de filmcuts zelf. Zijn opnameproces valt terug op verschillende vormen van terughoudendheid: vaste cameraposities, minimale beweging binnen het kader, geen opgelegd geluid en vaak geen afleiding door kleur. De vastgelegde beelden krijgen een archivalische kwaliteit zonder noodzakelijk gewichtig te zijn – Condensation Trail en Starlings vormen uitzonderingen op de regel. In de vroege kortfilms zijn dergelijke opnames ritmisch geordend. Ze vallen terug op het compositorische principe van herhaling met variatie. Kels creëert visuele illusies – deze zijn altijd belangrijk voor hem, maar de aard ervan is uitgesproken plastisch en evident, absurd en geestig, in schril contrast met hun reactionaire inzet binnen de narratieve cinema.
Toch zou het verkeerd zijn Kels’ films in louter formele termen te karakteriseren. Een menselijke betrokkenheid vormt het kloppend hart van Kels’ cinema, of het nu gaat om de beschonken bewoners van de Bowery of jegens de dieren in de zoo. De dierenfilms zijn sterk gericht op het bestuderen van gedragspatronen. Naarmate zijn filmpraktijk zich verder ontwikkelde, liet Kels zich minder strikt leiden door visuele aantrekkingskracht. Het effect van montage opent een ambigue ruimte, waarin het een middel wordt om uiteenlopende tijdlijnen te verenigen met minimale variaties in ruimte. Deze subtiele, ingehouden variaties vereisen intense aandacht van de toeschouwer. Al wie zelfgenoegzaam denkt het blikveld volledig doorgrond te hebben, loopt de charmes van de films mis. Filmische tijd kan zowel reële tijd als een pure constructie zijn. Een van de grote beloningen en uitdagingen van Kels’ films is te ontdekken wanneer het om het ene of het andere gaat. Het is voor iedereen zichtbaar, zolang je maar goed genoeg kijkt. (Arindam Sen)
→ In aanwezigheid van Karl Kels
→ Programma, inleiding en Q&A met Karl Kels door Arindam Sen, filmcurator en criticus